Een optimale transitieperiode voor uw veestapel

Door Andre Rigo – Technical Service Lead AHV USA

De transitieperiode loopt van 60 dagen voor het afkalven tot 30 dagen na het afkalven. In deze 90 dagen ondergaan uw koeien grote veranderingen en uitdagingen. Zowel bij het afkalven als bij de terugkeer naar de rest van de melkveestapel. Tijdens deze periode is het van groot belang dat de koeien de beste zorg krijgen en dat er strenge bedrijfsprotocollen zijn voor de transitieperiode. Om de beste zorg aan te kunnen bieden aan uw transitie koeien, is het belangrijk om te begrijpen hoe de transitieperiode de productie, voortplanting en algemene gezondheid beïnvloedt.

Er zijn veel factoren die de transitieperiode beïnvloeden. Om uw koeien klaar te stomen voor hun volgende lactatie, moeten ze hun vorige lactatie in goede conditie en opgeschoond doorkomen. Het volgen van droogstandsprotocollen om problemen tijdens de droogstand te voorkomen, zijn hierbij erg belangrijk. Veel omgevingsfactoren dragen ook bij aan een optimale transitieperiode.

Omgevingsfactoren tijdens transitieperiode

• Temperatuurregeling – Tijdens de transitieperiode hebben koeien een comfortabele omgeving nodig om zich optimaal voor te bereiden op en te herstellen van het afkalven. Tijdens de warmere maanden wordt het gebruik van ventilatoren en sproeiers aangemoedigd om de koeien koel te houden. Het effect van warme temperaturen op een drachtige koe heeft niet alleen gevolgen voor de koe, maar ook voor het kalf.
• Veedichtheid – In lactatiegroepen mag de veedichtheid hoger zijn dan in een transitie groep. Bij de bezetting van een transitiestal moet rekening worden gehouden met de hoeveelheid stalruimte, ligboxen of ruimte om te liggen, en de toegankelijkheid van een drinkbak en voerhek. Voldoende ruimte aan het voerhek is cruciaal, omdat het rantsoen de koeien voorziet van vitaminen, mineralen en energie die ze nodig hebben voor een soepele transitie.
• Boxmanagement koeien – Wat betreft het box materiaal, is het soort materiaal veel minder belangrijk dan het feit dat het schoon en droog moet zijn, vooral op de plek waar de koe kan afkalven.
• Verhuizing– Tijdens de transitieperiode moeten de koeien verhuizen. Tijdens deze verhuizingen is het belangrijk om de koeien zo rustig mogelijk te houden en de wisselingen tot een minimum te beperken. Houd, indien mogelijk, de nieuwe en oude locatie zo dicht bij elkaar als mogelijk om omgevingsstress tijdens de overgang tot een minimum te beperken.

Invloed op immuunsysteem

Er zijn verschillende uitdagingen die het immuunsysteem van een koe tijdens de transitieperiode kunnen verzwakken. Tweelingen of een moeilijk afkalfproces kunnen leiden tot een verhoogd risico op problemen. Wat de uitdaging ook is die het welzijn van een koe bedreigt, vroegtijdige opsporing is de sleutel tot haar herstel. Door vroegtijdige signalering kan de koe sneller en beter herstellen, waarbij ze meer energie overhoudt om te gebruiken voor de melkproductie.

• Uiergezondheidsuitdagingen kunnen zich op elk moment in de transitieperiode voordoen. Als een koe niet goed wordt drooggezet, kan ze als droge koe of direct bij de start van de lactatie met uiergezondheidsuitdagingen te maken krijgen.
• Stofwisselingsproblemen zijn het gevolg van een laag calciumgehalte in de bloedbaan en kunnen leiden tot ernstigere gezondheidsproblemen. De lever kan overbelast raken als een koe problemen heeft met haar stofwisseling. Een tekort aan calcium en fosfor heeft ook een negatieve invloed op het vrijkomen van de placenta en/of andere uitdagingen rondom de baarmoedergezondheid. Een juiste verhouding van calcium en fosfor is noodzakelijk om toekomstige problemen met de stofwisseling te overwinnen en te voorkomen en de placenta goed uit te drijven.
• Loslaten van de placenta – De placenta moet binnen 24 uur na het afkalven worden uitgedreven.
• Gezondheidsuitdagingen baarmoeder – Mocht de placenta te lang achterblijven dan ontstaan er vaak bacteriële uitdagingen in de baarmoeder. Dit ruik je als veehouder ook vaak.  
• Negatieve energiebalans – Wanneer een koe een te negatieve energiebalans heeft, begint ze vet te verbranden om glucose te produceren. Een negatieve energiebalans kan leiden tot een daling van de melkproductie, gewichtsveranderingen en een gebrek aan energie. Zonder deze noodzakelijke energie kunnen koeien hun uitdagingen niet op eigen kracht overwinnen.

Protocol rondom afkalven

Om de hierboven beschreven uitdagingen voor transitie koeien te overwinnen, adviseren wij onderstaande standaardprotocollen te volgen:

• 7 dagen voor het afkalven – verhoog de energie in het rantsoen of geef aanvullende orale energie met het AHV Booster-assortiment.
• 1 dag voor het afkalven – geef extra calcium met de AHV Milk Start Tablet.
• Direct na het afkalven – geef extra calcium, ondersteuning voor het verdrijven van de placenta, energie en herstelondersteuning met de AHV Metri Tablet en AHV StartLac Paste (voorheen AHV Milk Start Tablet)
• 7 dagen na het afkalven – geef extra energie om een negatieve energiebalans te voorkomen met het AHV Booster assortiment. Gebruik de AHV Extra Tablet om uiergezondheidsproblemen in een vroeg stadium op te sporen en uw koe op te schonen en klaar te stomen.

Tijdens de transitieperiode werkt het lichaam van de koe op een bepaalde manier, maar onmiddellijk na het afkalven veranderd dit. Na het kalven neemt de vraag naar mineralen en energie sterk toe. Als reactie op deze verandering ontstaan er gezondheidsuitdagingen.

Welke vitaminen en mineralen zijn belangrijk?

De AHV StartLac Paste en Milk Start Tablet bevatten Fosfor, Calcium en Vitamine D, die behoren tot de belangrijkste vitaminen en mineralen die nodig zijn rond het afkalven en gedurende de transitie   periode. Een hoog fosforgehalte kan koeien helpen bij het overwinnen van stofwisselings- en leverproblemen. Calcium speelt weer een belangrijke rol bij het leveren van voldoende spierkracht om het uitdrijven van de placenta te bevorderen. Hierdoor kunnen de twee eerder genoemde uitdagingen worden voorkomen.

Ook weefselherstel vergt veel energie van uw koe en haar immuunsysteem. Bij het werken aan weefselherstel hebben vooral hoogproductieve koeien meer mineralen en energie nodig dan laagproductieve koeien. Daarnaast hebben ook vaarzen die voor het eerst afkalven grote hoeveelheden energie nodig om te kunnen herstellen. Met het AHV Booster-assortiment voorziet u het dier van energie om aan deze behoeften te kunnen voldoen.

Voor een optimaal resultaat kunt u ze in het herstelproces ondersteunen met AHV Aspi. Dit ondersteunt onder andere de doorbloeding van het weefsel op de dag dat ze afkalven. AHV Aspi ondersteunt ook het immuunsysteem van de koe.

Belangrijk om te onthouden is dat koeien rond het afkalven minder gaan eten en herkauwen. De wanden van de pens zullen door een lege maag gevoeliger zijn voor hogere pH-waarden. Het AHV Booster-gamma bevat natriumbicarbonaat om te zorgen voor buffering en pH-stabilisatie in de pens. Hierdoor zal uw koe beter vreten en meer energie hebben voor het leveren van prestatie.

Direct zichtbare uitdagingen? Overleg met uw specialist

Wij proberen met bovenstaande aanpak uitdagingen voor te zijn. Mocht het toch voorkomen dat er zich direct zichtbare problemen voordoen dan kunt u altijd in overleg met uw specialist reactief reageren met onze producten. Bij onze producten is er geen sprake van een wachtperiode en hoeven de dieren niet apart te worden gezet.

Als u de transitieperiode op uw bedrijf weet te optimaliseren, dan hebben uw koeien meer kans om productief en succesvol te zijn tijdens de lactatie. Als de gezondheid van jaar na jaar optimaal is, zullen de koeien rendabeler zijn en langer op het bedrijf blijven.  

Het AHV Transitieprogramma richt zich zoals hierboven besproken op de periode voor en na het afkalven en zorgt voor voldoende energie en mineralen en stimuleert de droge stof opname. Dit programma sluit uitstekend aan op het AHV Baarmoedergezondheidsprogramma om de pas gekalfde koe volledig te ondersteunen en haar de voortplantingscyclus optimaal te laten hervatten.